De Oostenrijkse schrijfster Marlen Haushofer (1920-1970) beleeft in Nederland een kleine renaissance. Binnen korte tijd werden drie van haar boeken vertaald, die lovend werden ontvangen (De wand, De mansarde, Wij doden Stella). In Hemel die nergens ophoudt (Himmel, der nirgendwo endet uit 1966, vertaald door Ria van Hengel) schetst ze een gevoelig portret van een jeugd op het Oostenrijkse platteland.
Lees verder op athenaeum.nl